Nationale Adoptie

Vele geadopteerden voelen op een bepaald moment in hun leven de nood om meer te weten over hun levensgeschiedenis. Wie was mijn eerste moeder? Waarom werd ik afgestaan oor adoptie? Hoe zit het met mijn genetische achtergrond? Waarom is mijn dossier onvindbaar of niet volledig? De toenemende openheid omtrent adoptie en de aandacht voor fundamentele vragen van geadopteerden is iets van de laatste jaren. Vroeger was dat anders…Niet alle adopties werden even netjes geregeld, er was nog een zeker taboe.  Adoptiedossiers werden niet altijd even goed bewaard en soms intentioneel vernietigd of achtergehouden. Dit alles maakt het ook nu nog niet zo makkelijk voor zoekende geadopteerden. Het zoeken naar de biologische afstammingsband – naar ouders maar ook broers, zussen en andere familieleden – is daardoor soms behoorlijk complex en emotioneel belastend.

Sinds 2015 moeten adoptiediensten dossiers volledig bijhouden en is er ook een recht op inzage voor de geadopteerde. Voor adopties buiten een officiële dienst – zoals rechtstreeks van de eerste ouders – blijven moeilijk te reconstrueren. het Afstammingscentrum gaat daarom ook op zoek op meerdere plaatsen en bij verschillende diensten en voorzieningen, zoals bijvoorbeeld archieven, rechtbanken, overheden en dergelijke. 

Eerste Ouders en Verwanten

Het (verplicht) afstand doen van een kind hangt tot op vandaag nog steeds in een taboesfeer. Angst voor stigma, voor uitsluiting uit de familie en schaamte zorgen ervoor dat ondersteuning vragen en krijgen vaak moeilijk is. Er kunnen uiteenlopende redenen zijn om voor adoptie te kiezen, maar vaak gaat het helaas ook over gebrek aan kennis over mogelijke alternatieven. Het opgeven van je kind voor adoptie is een bijzonder zware beslissing, die doorgaans ingegeven wordt door liefde voor het kind en de hoop op een ‘betere’ toekomst. 

Ook eerste ouders (en verwanten uit de oorspronkelijke familie) hebben soms zoekvragen. Het Afstammingscentrum wil ook voor hen meer duidelijkheid creëren rond de context van de (soms gedwongen) adoptie, de levensloop van de geadopteerde om zo de ontbrekende stukken uit de puzzel aan te vullen. 

Moeders van gedwongen adoptie

“Toen ik veertig was, ben ik op zoek gegaan, niet naar een moeder, want die had ik, maar wel naar het waarom.”
Marleen van Minnebruggen
De Vondelingen, p. 416

Nationaal Geadopteerden

Het Afstammingscentrum wil nationaal geadopteerden ondersteunen en helpen zoeken naar elementen uit hun verleden en de context van hun adoptie. Dit is vaak een uitdaging omdat oudere adoptiedossiers niet goed bewaard en zelfs vernietigd werden. Dit maakt het speuren naar de eigen achtergrond, de biologische afstammingsband  erg moeilijk, zeker als je er alleen voor staat. Dit is zowel het geval voor nationale als transnationale adopties.

Het Afstammingscentrum kan hier een stevige steun zijn voor de geadopteerde, zowel praktisch als emotioneel.  Ook indien eerste ouder(s) of familieleden gevonden worden, kan het centrum hier als brugfiguur en bemiddelaar optreden als dat nodig is. 

Sous X Geadopteerden

‘Sous X geadopteerden’ nemen hier een bijzondere plaats in. Met honderden zijn ze, de kinderen die ‘in het geheim’ werden geboren in Frankrijk, waar anoniem bevallen tot op de dag van vandaag nog kan. Ze werden geboren in ziekenhuizen aan de Frans-Belgische grens, uit een  Belgische moeder en in alle stilte vervolgens in België geadopteerd. Binnen die wettelijke context kon de eerste moeder  de baby verlaten zonder haar identiteit te onthullen, of vervolgd te kunnen worden voor verwaarlozing. Deze moeders konden wel hun naam achterlaten in een verzegelde envelop. Daar werd  enige decennia terug gretig gebruik van gemaakt, toen het stigma op ongehuwde of ongewenste zwangerschappen nog veel groter was dan vandaag. Net als bij alle eerste moeders, zien we ook hier verschillende redenen om op deze wijze te bevallen en de baby af te staan:  de materiële, psychologische of sociale onmogelijkheid om voor het kind te zorgen, de schaamte over een zwangerschap buiten het huwelijk of relatie, verkrachting, afwezigheid van de vader, geen verlangen om het kind groot te brengen of dwang uit de omgeving.

Dit systeem van anoniem bevallen zorgde al voor veel debat en gaf aanleiding tot meerdere rechtszaken, maar voorlopig blijft dit nog bestaan in Frankrijk. Ook Belgische vrouwen maken van deze uitweg nog gebruik, zij het in veel mindere mate dan vroeger.
De Franse overheid richtte intussen wel het CNAOP (Conseil National pour l’Accès aux Origines Personelles) op, waar mensen terecht kunnen met afstammingsvragen. Het Afstammingscentrum zal met dergelijke instanties ook samenwerkingen uitbouwen. 

Vondelingen

Ook vandaag nog vinden sommige zwangere vrouwen, om wat voor reden dan ook, niet altijd de weg naar de bestaande hulpverlening. Heel af en toe horen we dan nog van baby’s die te vondeling gelegd worden in de publieke ruimte of bijvoorbeeld in de vondelingenschuif. Bij deze kinderen ontbreekt doorgaans elk spoor van de ouders. Heel uitzonderlijk wordt al eens een briefje achtergelaten door de ouder, maar meestal niet op een manier dat identificatie mogelijk is. Waarom ouders hun pasgeborene te vondeling leggen, blijft vaak een raadsel. Deze baby’s komen dan tijdelijk onder voogdij van het OCMW en worden binnen korte tijd geadopteerd.   

Correcte identificatie of een doorbraak in het vinden van informatie blijft meestal uit, maar het Afstammingscentrum kan ook hier psychosociale ondersteuning bieden.

Adoptieve familie

Net zoals bij transnationale adoptie, kunnen ook adoptieouders vragen hebben over de voorgeschiedenis van hun adoptiekind. Ook zij kunnen bij het Afstammingscentrum terecht voor meer informatie of concrete ondersteuning.